Op ontdekkingstocht door Ecuador en de Galápagoseilanden

Deel 2 Galápagos

De 'locals'

Vanaf Guayaquil vliegen we in anderhalf uur naar het eiland Baltra, een van de weinige bewoonde Galápagoseilanden.



Helaas worden we hier direct geconfronteerd met de ongastvrijheid van de 'locals': de bankjes zijn allemaal bezet en er is slechts plaats voor één van ons tweeën.

Ze piekeren er niet over om plaats voor ons te maken en stinken een uur in de wind naar dierentuin.

Met een rubberboot worden we naar de boot van Intrepido gebracht. De 'Free Enterprise' is een mooie boot met luxe tweepersoonshutten, toilet, douche met warm (!) water en geheel onverwacht: elektriciteit.

De Galápagos-eilanden

De Galápagos-eilanden, genoemd naar de reuzenschildpadden die in het Spaans 'Galápagos' heten, liggen ongeveer 1000 kilometer voor de kust van Ecuador in de Stille Oceaan. De archipel bestaat uit een aantal grotere en kleinere eilanden, die nooit met het vaste land in verbinding hebben gestaan.



Eigenlijk zijn de eilanden boven het water uitstekende delen van een onder water liggend gebergte van vulkanische oorsprong. De eilanden voldoen dan ook niet aan het beeld van een tropisch eiland met wuivende palmen en witte stranden.
Integendeel, de kusten zijn grillig gevormd uit donker gesteente en de ondergrond is stenig en dor.



Toch zijn er tussen de lavastenen ook prachtige witte koraalstrandjes, waar je van de zon kunt genieten en in het helderblauwe water tussen de zeeleeuwen kunt zwemmen.

Niets meenemen, niets laten liggen, nergens aankomen

We krijgen wetsuit, flippers en snorkel aangemeten en worden direct 'gebriefd' door de twee gidsen op onze boot. Er zijn veel regels voor het behoud van de Galápagos. Zo mag je bijvoorbeeld geen zand van het ene eiland naar het andere verplaatsen, wat betekent dat je voeten en schoenen goed schoon moeten zijn. Je zou anders mogelijk eitjes of parasieten kunnen verspreiden. Je mag uiteraard niets meenemen en de dieren niet aanraken. Als de dieren jou benaderen, is dat geen probleem.



We krijgen een 'wet landing' op Bachas Beach, wat betekent dat je in het water uitstapt en dus natte voeten kunt krijgen. Daar gaan we snorkelen.
We zien veel grote vissen, zee-egels, zeekomkommers, koffervisjes en een scholletje.

Voor onze lens verschijnen fregatvogels, drie soorten krabben, waaronder de sallylightfoot, drie mantelroggen, zeeleguanen, zwarte babykrabjes, de 'yellow warbler', een klein geel vogeltje,
en tijdens de wandeling later flamingo’s en pelikanen.



Het zand is wit, er liggen lavarotsen in zee.
Soms duikt een enorme groep Blauwvoet-jan-van-genten in het water om vis te vangen.

Vreemd gaan op South Plaza

We varen naar South Plaza en worden begroet door duikende zeeleeuwen. Als we over het eiland lopen, kom je ze overal tegen. De vrouwtjes zijn klein en nieuwsgierig, de mannetje groot, log en dominant.
Ze stinken en maken blaffende geluiden.

Sommige vrouwtjes benaderen ons tot op enkele meters afstand of nog minder.
Je moet echt letterlijk oppassen dat je niet over ze struikelt, want ze zijn totaal niet bang.

Een moeder voedt een jong dat luid sabbelend aan haar borst ligt.

Even buiten de kolonie, waar de machoman (de beachmaster) met een aantal dames zwemt, liggen een mannetje en een vrouwtje klem naast elkaar in innige omarming te zonnen.

Het is maar goed dat de machoman dit niet ziet, want zij gaat vreemd: ook dit vrouwtje behoort tot zijn harem.

Aan de andere kant van het eiland liggen de vrijgezelle mannen te genieten van de zon en op krachten te komen voor een gevecht met de machoman. Het eiland is begroeid met cactussen en soort rode zeekraal.

We krijgen uitleg van Victor, één van de twee gidsen. Mannetjeszeeleeuwen kunnen bij mensen het verschil tussen man en vrouw ruiken, daarom zijn ze gevaarlijker voor mannen. Ze kunnen flink bijten.

De enige vijand voor de zeeleeuwen is de haai. Toch kunnen ze zich daar aardig tegen weren.
Twee mannetjes spannen vaak samen tegen deze bedreiging.

We kunnen er bijna geen genoeg van krijgen, maar we moeten door om naar Santa Fé te varen.
Nog even snel maken we een foto van de rode lavahagedis.

Bij Santa Fé gaan we eerst snorkelen. We laten ons achterovervallen uit de boot en zien direct een zeeschildpad en enorme scholen vissen, waaronder de yellowtailed surgeonfish.
Er komt een gestippelde stingray langs. Even later zien we meer schildpadden en roggen.

Na een half uurtje moeten we vanwege de kou het water uit. Op de boot wacht warme chocolademelk.
Op Santa Fé gaan we het strand op tussen de zeeleeuwen en passeren we oude cactusbomen en drie landleguanen.

Charles Darwin, de man die de evolutieleer ontwikkelde als alternatief voor het scheppingsverhaal, zette in 1835 voet aan wal op een van de eilanden van de vulkanische Galápagosarchipel. Hij was verbaasd over de soorten die hij hier, ver weg van het vasteland, aantrof.

Weliswaar vertoonden de dieren enige gelijkenis met de soorten van het Zuid-Amerikaanse continent, maar toch zag alles er een beetje anders uit. De okerkleurige leguaan bijvoorbeeld, die uit een zanderig hol tevoorschijn kwam om zich tegoed te doen aan een stekelig cactusblad.

We maken een machtsspelletje tussen twee zeeleeuwmacho’s mee. Er zijn baby’s die gezoogd worden.
De machoman, met recht de 'beachmaster' genoemd, komt soms op het strand, maar meestal zwemt hij luid brullend in de branding.

Behalve cactusbomen en dood wit hout zie je op Santa Fé ook veel palissanderbomen.

Na een stevige wandeling gaan we weer in de panga (rubberboot). We zien grote rifhaaien en roggen naast de boot en af en toe het kopje van een zeeschildpad.
Pelikanen en Blauwvoet-jan-van-genten proberen een visje te verschalken.

Española

Op de derde dag maken we een wandeling over Española (Hood) op het punt bij Gardner Bay.
Zon en miezerregen wisselen elkaar af. Ook hier zetelt een kolonie zeeleeuwen, een deel spelend in de branding, de 'beachmaster' weer luid en duidelijk aanwezig.

Zeeleguanen (mariguana’s) liggen zich op te warmen in de zon om voldoende energie te absorberen
voor een duik in het koude water, waar ze op de zeebodem zeewier grazen.

De grappige 'mockingbirds' (spotvogels) hebben het voorzien op onze flesjes water en zijn nergens bang voor.

In de struiken zitten verschillende vogeltjes, waaraan je op het eerste gezicht weinig bijzonders ziet. Maar van dichtbij blijken hun snavels gevarieerd in vorm, van puntig tot stevig.
Uit onderzoek naar de eetgewoonten van deze 'Darwinvinken' blijkt dat de snavels zijn aangepast aan verschillende typen zaden.

Andere bijzondere vogels zijn de kleurige Jan-van-genten, waarvan één soort blauwe poten met zwemvliezen heeft. De jonge kuikens zien er erg grappig uit.

Na de wandeling gaan we snorkelen. Victor trekt een van de negen witpuntrifhaaien, die in een grotje liggen te slapen, aan zijn staart om hem ons te tonen.
Twee haaien van zo’n twee meter lang zwemmen slaperig onder ons door.
We snorkelen naar het strand terug en gaan lunchen op de boot, waarna we, zoals iedere dag,
anderhalf uur mogen relaxen op het dek met een boek en ipod. Fregatvogels scheren langs.

Anderhalf uur later hebben we een 'dry landing' op Punta Suarez (Española). We moeten direct over een zeeleeuw heenstappen die ons pad blokkeert. Van tussen de rotsblokken kijkt een jonge zeeleeuw van zo’n vier dagen oud ons met droevige ogen aan.

Een puber kruipt over Reino z’n benen (kortste route), een zeeleeuw duwt zijn natte snorharen in mijn gezicht. We genieten!

We maken een wandeling langs adembenemende en fotogenieke taferelen: zeeleguanen, 'nascaboobies', Blauwvoet-jan-van-genten met jong, albatrossen met jong, darwinvinken, 'mockingbirds', reigers, hagedissen, een Galápagosduif en 'tropic birds'.

Op een rotsblok nestelt een Galápagoshavik met jong.

Veel dieren zijn uniek voor hier. De 'nascaboobies' voeren een mooi toneelstuk op: ze geven elkaar stokjes en verplaatsen dat steeds in het nest en ze kijken er zo grappig bij ;-)
Scènes uit een huwelijk, merken sommigen op..........

Ware liefde........

We zien grobbekuikens bij de albatrossen. Twee albatrossen hebben een meningsverschil.

Bij het beroemde spuitgat, 'blow-hole', bewonderen we de natuurlijke fontein.

Met een enorm geweld klappen de golven hier op de klippen, die, door hun vorm, het water weer omhoog spuiten.

Floreana

De vierde dag komen we aan op Floreana, bij Punta Cormorant.
Door het mineraal olivijn heeft dit strand een groenige gloed.

Bij een lagune flaneren flamingo’s en aan de andere kant bij het witte strand zien we roggen die in de peddelzone zelfs over je voeten spoelen. We moeten oppassen dat we niet op de roggen gaan staan!

In het zonnetje fladderen fregatvogels, 'tropic birds' en een 'lavaheron' (reiger).
Vanuit de boot gaan we snorkelen en zien we witpuntrifhaaien, scholen vissen (waaronder 'surgeons'), zeeschildpadden, zeesterren en een manta. Het water is redelijk helder, maar erg koud.
Na een half uurtje ben je verkleumd en moet je het water uit.

’s Middags gaan we naar 'Postoffice Bay'. Hier werd door kustvaarders post gebracht en gehaald.
Je kunt er nu nog steeds een kaartje achterlaten, of er één meenemen voor iemand die bij jou in de buurt woont.
Via een steile trap en een touw dalen we af in een lavagrot.

We mogen nog even snorkelen. In de verte zien we een Galápagospinguïn. Deze worden heel zeldzaam: het water wordt te warm voor ze. We gaan niet met de groep, maar samen snorkelen en zwemmen een tijdje op met een zeeschildpad. Een geweldige ervaring!

Robert dolt nog even met een zeeleeuw en we moeten weer terug naar de boot. We varen naar onze laatste bestemming: Santa Cruz. Vanaf half drie zitten we op de boot en we kunnen van het zonnetje genieten.

Santa Cruz

Eerst bezoeken we het Darwininstituut, een soort dierentuintje met laboratorium waar de grootste attractie 'Lonesome George' is.
Walvisvaarders hadden een slachting aangericht onder de schildpadden. Jonge exemplaren waren nergens te bekennen. Kleine kolonies mensen die zich op de eilanden hadden gevestigd, brachten geiten, varkens en ratten mee, die een ravage aanrichtten in de begroeiing en geen schildpadnest ongemoeid lieten. Kaal- en doodslag was het beeld. Een handvol natuurliefhebbers reageerde op het alarm.
Met steun van Unesco richtten ze in 1964 op het eiland Santa Cruz het 'Charles Darwin Research Station' op. Dit centrum richt zich op maatregelen om het tij te keren, zoals systematische (en naar ons idee gruwelijke) uitroeiing van de verwilderde geiten en varkens. Het meest spectaculaire succes werd geboekt bij het fokken van een nieuwe generatie schildpadden. Op sommige eilanden waren nog maar enkele levende exemplaren, maar vorig jaar werd de duizendste gefokte reuzenschildpad naar het eiland Española gebracht.

Inmiddels hebben de Galápagoseilanden een erkende status als natuurreservaat en zijn ze opgenomen op de Unescolijst van werelderfgoederen. Dat geldt ook voor de omliggende wateren, zodat ook snorkelaars zich nu aan regels moeten houden. Het toerisme, dat sinds 1970 een grote vlucht heeft genomen, moet natuurlijk streng worden gereguleerd om het precaire ecosysteem te kunnen behouden. De begeleiding is in handen van de Nationale-Parkdienst van Ecuador, die nauw samenwerkt met het 'Charles Darwin Research' Station. De toegenomen belangstelling voor de schatten van de Galápagos heeft het onderzoekstation overigens de broodnodige financiële ondersteuning opgeleverd. Het station heeft nu een staf van 250 man en een budget van vier miljoen dollar, goed voor talrijke conserveringsprojecten.

We lopen langs kleine en grote schildpadden. 'Lonesome George' woont hiert al vanaf 1972 met twee dames.
George wil echter niet paren. Hij is het laatste exemplaar van een bepaald ras schildpadden.
Aangezien George 100 jaar oud is en absoluut niet geïnteresseerd in vrouwen van een andere schildpadsoort,  sterft er waarschijnlijk een ras uit als hij is doodgegaan.
Er wordt nu zelfs overwogen om hem te gaan klonen.

Na het bezoek aan het Darwininstituut lopen we terug naar de kade, onderweg allerlei leuke souvenirwinkeltjes passerend.
Santa Cruz is een bewoond en toeristisch eiland, wat weer even wennen is. Ons hotel is heerlijk luxe.

Om twee uur krijgen we een 'briefing' van onze Belgische gids André over wat ons vandaag en morgen te wachten staat. Vanmiddag gaan we naar Tortuga Beach.

Het is een ongelofelijk eind lopen, maar uiteindelijk bereiken we een hagelwit en zeer rustig strand.

We volgen André naar rechts over het strand naar de lagune. De lagune is omringd door een cactusbos.

We komen enorme kolonies zeeleguanen tegen.

Als je dichterbij komt, lijkt de grijze rotskust te bewegen.

Het zijn honderden zeeleguanen op zoek naar een vrij plekje waar ze zich urenlang kunnen koesteren in de zon.

Af en toe duikt er een het water in voor een maaltje algen en wieren.

Ze niezen heel vaak, om het zout kwijt te raken. Hierdoor krijgen ze een wit korstje voor op hun kop.

Je kunt ze ongestoord benaderen en zou ze over hun huidje kunnen strelen, maar helaas mag dat laatste niet........

Ook de Jan-van-gent (blue footed boobie) is hier beeldvullend en brutaal in de lens glurend aanwezig.

Is hij nou scheel of alleen charmant loensend?

Puntjes van haaienstaarten komen boven de wateroppervlakte uit.
Mangrovebomen maken het plaatje compleet: Het is hier schitterend.

Na een rondje gemaakt te hebben, gaan we de lange weg terug wandelen. In het stadje gaan we wat drinken in 'the Rock'. Na ons opgefrist te hebben in het hotel, gaan we eten in 'the Rock': tagliatelletimbaaltjes met fungi-porcinisaus, het eten is hier niet slecht ;-)



Op de laatste dag gaan we naar de 'highlands' van Santa Cruz, waar we landschildpadden gaan bekijken.

Ze worden hier in de gaten gehouden, maar kunnen zich vrij bewegen. We zien er veel.
Een vrouwtjesschildpad schrikt van ons en trekt sissend haar kop en poten in haar schild.
Het sissende geluid wordt veroorzaakt door de lucht die uit haar schild ontsnapt.

De bus moet soms een stukje door de berm rijden, omdat een schildpad de weg verspert en voorlopig geen plannen lijkt te hebben om door te lopen.

De schildpadden hier lijken echte levensgenieters........

We rijden met de bus naar een lavatunnel waar we nog even doorheen lopen.
Dan is het tijd om naar het vliegveld te gaan, dus op naar Baltra.

Een weekje Galápagos voelt als veel langer. Het was een onvergetelijke ervaring.

Els & Robert van Hall
e-mail: xipe [at] spamcop.net

 

onze eerdere vakantienieuwsbrieven zijn ook nog te bekijken:

2004
Mexico

2005
Cyprus

2006
Dominicaanse Republiek
Malediven
Cuba

2007
Ecuador-Galápagos deel 1